Maaien, afhakken, spaden en opnieuw beginnen

Zoals ik al talloze malen schreef: ik moet veel meer schrijven. Altijd maar wachten op de goddelijke inspiratie van die nergens te vinden is. Gewoon oeverloos in het wit zwetsen, alle kanten opzwieren als een dronken zwetsmatroos. Waar ben je nou met je nihilisme? Hoe vrij ben je nou eigenlijk? Dogmatisch onkruid heeft op ledige bodem wortel geschoten en tiert welig alle ruimte. Lamlendig het zaad in de grond getrapt en met puur cynische gezeik laten ontkiemen en groeien. Maaien, afhakken, spaden en opnieuw beginnen, steeds maar weer.

Driedaagse reis

Gelezen: Driedaagse reis, Joseph Boyden. Het is lang geleden dat echt verhalend proza las zoals Driedaagse reis. Het verteld vrij lineair het verhaal van twee vrienden, Xavier en Elijah, Cree-indianen, die als scherpschutters in het Canadese leger vechten in de Eerste Wereldoorlog. Boyden geeft daarnaast een prachtig beeld van de cultuur van de indianen en van de trieste teloorgang ervan. Ik had me nog nauwelijks verdiept in deze onderwerpen maar het boek heeft de interesse ervoor gewekt. Ik had al langer het idee dat den Grooten Oorlog de scheiding is tussen de oude en de moderne wereld, maar dit soort beschouwingen zul je vergeefs zoeken in Driedaagse reis. Het is louter verhaal, dat in zijn eenvoud na blijft zinderen.

gekke wous

In Reactie op: Re: volkslied gericht aan: Fryslan boppe!! op 28 april, 19105 om 16:10:47:

gekke wous jij weet niet waar je over praat! als iemand hard werkt of altijd eerlijk en sociaal is zijn t de friezen wel! en dan doel ik helemaal op t platteland! van de gezellige sfeer is in de rest van nederland geen flikker meer over

Bløf’s bluf

Het is alweer enkele jaren hip om Nederlandstalige popmuziek te maken. laatst zag ik een registratie van een optreden zo een neonederpopexponent Blløf. Normaal als je een tekst hoort ontstaat er zoiets als betekenis, maar hier ontstond niets. Het was willekeurig gemonteerd Nederlands. Ik begon ernstig aan mezelf te twijfelen, durfde er met niemand over te spreken, bang dat de diepere betekenis me ontging, geconfronteerd te worden met hysterische Zeeuwse meisjesfans. Tot ik vandaag het volgende wetenschappelijk artikel las: Pseudo-poetica: Blløf’s bluf