Vijfenzeventig seconden Marcel van Eeden

[ ctrl-c-v Hinke]


thank you for visiting


Gepost door uw eigen favoriete Joost van Velthuizen £


latourdebabel.com


Omdat Niemsz dagelijks Diesel draagt meent ie aanspraak te kunnen maken op de diepere ideologieen van het merk, die zouden als gegoten mogen zitten, maar werkelijk, de naad ervan schuurt in mijn reet: Today we worked hard



Frederik van Eeden

De Noordewind.

De wind waait hoog en kent de menschen niet.

Hoog wil ik stijgen met den Noordewind,
boven ’t gerucht der stemmen — boven ’t licht
der volle straten. Weg! het warm gewoel,
de weeke druk van menschen om mij heen!

Ik wil ééns vrij zijn, ééns oneindig vrij,
dat er geen liefde en lachen om mij is,
geen zoete stem, geen blik van vrienden-oogen
geen weekheid en geen weemoed en geen lust.

‘k Wil eenzaam stijgen in den Noordewind,
die in den killen nacht gestadig waait
groot en onwetend.
Stijgend wil ik neerzien
met kouden blik en onbewogen mond
op wat voor eeuwig wegzinkt onder mij.

En als de passies, die ‘k heb liefgehad,
zich aan mijn kleedren hechten en ’t gelaat
met schreien heffen en mij angstig vragen,
hen niet alleen te laten in den nacht . . . .

dan zal ik zwijgend hun gekromde handen
losmaken van mijn kleed, — en als zij vallen
zal ik niet sidd’ren bij den doffen slag . . . .

maar zingend rijzen in den kouden nacht.

Lees momenteel Dirk van Weelden‘s looptijd, over een boek hardlopen en ik
moet zeggen dat het erg inspirerend is. Ik heb me vanmiddag een loopklofje
aangeschaft en ik ben toch wel serieus om na 14 jaar weer eens iets aan
sport te gaan doen. Er moet namenlijk iets gebeuren, er moet iets doorbroken
worden anders dreig ik te verdrinken in leegheid. Goed.

Eerst heb je de ondernemers, de mensen die het opbouwen en dan komen de regulieren, de ambtenaren, altijd, en die maken de zaak kapot. Dus geef nooit toe aan een ambtenaar, nooit, hij zal niet zegenvieren, al moet je hem de strot afbijten boven zijn witte boord, op leven en dood.

zit momenteel in een chorizo-periode. Chorizo in als voorafje, Chorizo bij het brood, Chorizo bij het bier, Chorizo bij de wijn, Chorizo tussendoor, Chorizo als toetje. Er is wel een grens aan de Chorizo-consumptie, af en toe is een zurig stukje met geweld op de terugweg.


Hij, blond en lelijk gespiert, met kringelende aderen dicht onder de huid, lachte vreemd . Hij leek hierbij zijn nekspieren ernstig geweld aan te doen. Met krachtige halen zoog hij zijn longen vol met lucht en liet zijn stembanden krijsen. De rust die me zojuist nog weldadig mijn gemoed streelde, was omgeslagen in angst en zeven kleuren stront. Nee, mijn middagje naar de speeltijd met mijn zoonje Bart kreeg een zonderlinge wending. Het was een verandering die zijn leven op de kop zette, een tegendeel van verbetering, een ommekeer waardoor boven onder werd en onder boven, een kentering, een peripetie en een persoonlijk drama.

NIEMSZ WANGTOEPT IN BRUGGE DE TRAUERMARCH. IM GEMESSENEM SCHRITT.STRENG .WIE EIN KONDUKT. ERSTER TEIL SYMPHONIE NR.5.GUSTAV MAHLER


Omdat ik overweeg meer life in mijn log terug te laten komen, wat betekent relatief wat minder coute que coute marginale vervreemding. Daarom teken ik hier op, dat ik, op donderdag 9 oktober 2003, zo rond 23.00 uur Grand Cafe Boulevard van Thomas Lieske heb uitgelezen. En dat het me tot droefheid gestemd heeft, het slot van dit bij vlagen volkomen schrijfsel. Niet geniaal, zoals bijvoorbeeld natuurlijk De Asielzoeker, maar wel heel erg goed gedaan. Een boek dat nog wel een tijdje zal nagalmen in de pap tussen mijn oren.

Ik ga er een paar daagjes met H. vandoor, onze zinnen verzetten van wat met rede genoemd kan worden Het Grootste Kutjaar Van Het Millennium. Naar Brugge gaan we. Om niet voor Hollander te worden aangezien heb ik me voorgenomen Engels te gaan lullen of mijn zuidelijk accent in te zetten. Hollanders worden toch over de hele wereld achter de rug uitgelachen; kokervisie van zich rijk rekenen.

Het speelt niet meer in de tegenwoordige tijd en ook niet in deze ruimte waar wij huizen. Het geestwater klotst en deint, en komt niet meer tot rust. Het lijkt een bovenmeer dat men kent van horen zeggen en wie er ooit was is voor eeuwig gegaan.

Hij last, soldeert, timmert, giet, perst, walst zijn eigen hel. En het is goed zo, want hij verdient niet meer.


Mijn eerste aanraking met computers was in 1980. Mijn vader kwam thuis met een zelfbouwpakket genaamd Hobbit waarin een Acorn Atom zat, een zeer geavanceerde, modulaire computer met hires graphics (256×192) en de RISC-achtige 8-bit 6502 processor met 3 registers, draaiend op 1 MHz gekoppeld aan een pipeline met 1-byte-prefetcher. Programma’s werden opgeslagen op casette met 300 baud, of je tikte ze over van listings. Deze machine is uiteindelijk helemaal uitgebouwd naar 40K ram, een 65C02 op 2 MHz, meerdere option-roms, 2400 baud modem en 360K diskdrive. Ik had 1 flop waar ik alles wat ik had op bewaarde en die is nooit volgeraakt!

[meer]


Geld en fotografie zijn gelijkwaardige totaliserende systemen, om alle subjecten binnen één enkel globaal netwerk van waardering en behoefte, te binden en te verenigen. Het zijn “levelers”, “democratizers”, die een nieuwe reeks van abstracte relaties tussen individuen stichten, die als werkelijk ervaren worden


Ik was wat aan het filosoferen over de spiritualiteit van computers en meer van dat soort kul en gelul over 1/0, aan/uit, ja/nee, zijn of niet zijn, toen ik kwam op:

What is a Ba-Gua?




De motor van iedere fascinatie loopt op ontkenning en bevestiging ofwel haat en liefde.

Zoveel als ik kan verlangen naar een postindustrieel tijdperk gevoed door nostalgie zo kan ik ook dwepen met de schoonheid het industriële landschap of een fabriek. Jaren heb ik in de vakanties gewerkt in een mengvoederfabriek, een betonnen blok van vijftig meter hoog vol met stampende, schuddende, en ronkende machines. Hier werd met geweld veevoer gemaakt, natuurlijke grondstoffen door machines verkracht tot gladde korrel. Stof was het zweet van het proces, dat je overal rook, dat in je poriën ging zitten.

Een fabriek is eigenlijk een grote machine, een lichaam. Voor worden er grondstoffen in gestopt en achter wordt het product uitgepoept. De arbeiders zijn de enzymen van het proces, zij bewegen zich door het lichaam met het enige doel: continuïteit van het proces. Het proces is de ziel van de machine, en de arbeider verliest zich hierin. Zijn lichaam wordt onderdeel van het lichaam; hij wordt een machine in het lichaam van de machine.

Regelmatig heb ik in de schemering en zelfs ‘s-nachts op het dak gestaan bij de rode neonletters. In mijn herinnering waren het zwoele zomeravonden. Onder mijn voeten denderde het proces door. Maar hierboven kon ik de schitterende vormen ervaren, de verschillende kleuren en vormen kunstlicht. In de verte rijden auto’s over de snelweg, het water schittert en in de schaduw de contouren van de binnenvaartschepen. En veel landelijk duister. Op deze momenten kun je niet ontkennen dat het zo moet zijn. De fabriek is een natuurlijk lichaam in het landschap. Mijn god, het zal toch geen liefde zijn?

Dit is de originele ponskaart waarmee de verlichting werd ontstoken bij de opening van het Evoluon

In de archieven van Ernst Leefsma bleek een beeldplaat uit 1969 aanwezig te zijn met daarop een 12 minuten durende film over het Evoluon!! Geweldig om al deze beelden uit de beginperiode nog eens terug te zien!

Klik hier om de film te downloaden


H E R S C H E P P I N G – VERSIE 1.1


Herschepping

De wereld is vergaan, haar naam spelde een nieuw getal,

het licht viel van de sterren af: verdwaald.

Eenzaam lag de goede aarde te wenen

over zoveel wederkeer van liefde en

haar weelde sloeg in lentebloemen neer.

En de vogelen vervolgden het lied

dat lang geleden was gestaakt

zo ongemerkt,

dat wij vergaten hoe het tot zwijgen was geraakt.

Gerrit Achterberg