De mensen zijn meesters in de kunst van het zichzelf gek maken. Je creƫert een bewegend systeem , dat je zelf niet meer stop kunt zetten. Het verliezen van de schuld, door het verwijderen van de vrijheid. Geen vrijheid, geen wil, geen schuld.
Het is een dooie tijd; ik wordt machinaal geleefd. De machines hebben me in hun macht. Ik voel me machteloos tegen de kracht van hun meedogenloze systeem. Een organisch chaotisch wezentje tegen hun kille meedogenloze karakter.
Bovenstaande stukje schreef ik een aantal jaren geleden. Het herlezen van eerder materiaal past in deze bezinningsfase zo aan het einde van het jaar. Het is nauwelijks te accepteren hoe snel een jaar tegenwoordig voorbij gaat. Het lijkt me te maken te hebben met de leeftijd, de tijd lijkt steeds sneller te gaan. Misschien moet ik toch eens bij Adri in de leer, leren te leven in de breedte. Binnenkort komt Movo, eens kijken hoe breed dat wordt. A.F.Th van der Heijden wordt in tegenstelling tot zijn postuur steeds smaller, Afth. Ik dwaal af. Een moedeloze hang naar het nostalgische, terwijl ik mee moet naar de toekomst.
Soms wens ik me soort van beeldenstorm, een totale destructie van de vormen en overbodige producten van onze tijd. Eerst beginnen we bij de gevelreclames in winkelstraten, dan smijten we al die overbodige troep over de straat, de fik erin. Dan slaan we al die blikken mobielen aan gort, we bestormen kantoren en woningen een vernielen alles waar een stekker aan zit. En als die mobiele maffia denkt de dans te ontsnappen hebben ze het mis. Mobiele telefoons, palmtops en al meer van dit soort stoorzenders van onze natuur worden met smaak vertrapt. Kunstlicht wordt verboden. We gaan weer samen rond de haard en vroeg naar bed. Dromen over hoe het allemaal beter zou kunnen.