Het is gewoon heel simpel: naar mate er meer televisienetten/programma’s zijn kijken er minder mensen per net/programma. Dat betekent dat de waarde afneemt voor de adverteerder, de kans dat een grote groep mensen zijn commercial ziet is namelijk kleiner geworden. Deze zal daarom minder voor de zendtijd willen betalen. De inkomsten dalen, de budgetten dalen, de programma’s worden nog slechter waardoor er nog minder mensen kijken en voila: een vicieuze cirkel is geboren.
je vergeet alleen dat programma’s voor een kleinere maar zeer specifieke kijkersschare vaak juist interessanter worden voor adverteerders. een fabrikant van vishengels adverteert liever rond een programma met een hoog percentage vissende kijkers maar een lager aantal totaalkijkers dan naar een programma met louter hoge kijkcijfers, waar wellicht ook vissers tussen zitten.
producenten van niche-producten adverteren bij programma’s die bekeken worden door hun doelgroep, waardoor kijkcijfers ineens onbelangrijk worden. Iedere minderheid vormt een kleine markt die toch groot genoeg kan zijn om commercieel interessant te zijn. Allemaal niet zo moeilijk: in de handel is het zaak simpel te denken
De relatie tussen lage budgetten en kwaliteit is natuurlijk niet 100%.
Dat is een ware constatering. Met creativiteit kan er met weinig budget kwaliteit gemaakt worden, maar dat geldt niet voor alle soorten programma’s. Frans Bromet kan met minimale middelen goede televisie maken maar een spelshow met drie dansers en 1 presentator heeft geen ponem.